Olivia in Tanzania

Aan alles komt een eind

Hallo allemaal,

Ik schrijf deze blog nu helaas niet meer vanuit Tanzania maar vanuit Nederland. Ik ben nu 3 weken terug en langzamerhand went alles weer een beetje.

In mijn laatste weken in Tanzania zijn nog heel wat dingen gebeurd:

Ik heb nog 1,5 week samen met Maaike gereisd. We hebben heerlijk gerelaxt en genoten van al het moois in Tanzania. Er waren echter ook wat mindere dingen, zo waren we in Nungwi, in het noorden van Zanzibar, waar we erachter kwamen dat er net een cholera- epidemie was uitgebroken, waardoor op bevel van de lokale overheid, alles daar voor 4 dagen gesloten was. Na lang twijfelen besloten we om toch maar voor de zekerheid al na 1 dag te vertrekken uit Nungwi. In plaats van tot zondag (1/05) op Zanzibar te blijven, waren we al de vrijdag ervoor weer terug op het vasteland van Tanzania, op een camping (aan het strand) tussen de stadjes Pangani en Tanga. Toen we dinsdag (03/05) een dagje naar Pangani wilden, kwamen we erachter dat er uit onze tent 510.000 shilling (zo’n 200 euro) van Maaik was gestolen ! We hadden al een aantal keer tegen elkaar gezegd, dat alles zo goed ging tijdens het reizen en er nog iets fout moest gaan en dat gebeurde dus helaas ook….

Het afscheid van Maaik die donderdag was lastig en gek. Al die tijd in Tanzania zijn we, ondanks dat we niet op dezelfde projecten werkten, samen geweest en alles hebben we samen meegemaakt. In deze 4 maanden zijn we hele goeie vriendinnen geworden en ik vond het maar een raar idee dat ik alleen achterbleef in Tanzania.

Na het afscheid van Maaik vertrok ik met de bus naar Dar es Salaam, hier in Dar verbleef ik 2,5 week bij een Nederlands stel, dat ik via via kende. Ik heb deze weken heerlijk in luxe doorgebracht in een huis op een compound met 7 andere huizen, met een zwembad en aan het strand. Ik kon rustig weer acclimatiseren en vast wennen aan de Nederlandse luxe, zo hadden ze een bad, goed eten en een wasmachine (!), waardoor ik voor het eerst in maanden m’n kleding niet meer zelf met de hand hoefde te wassen. Ook hadden ze twee honden die ik mee uitliet iedere ochtend en avond. Ik heb door hier te verblijven wederom weer een hele andere kant van het leven in Tanzania gezien: het expat-leven. Ik vond het hartstikke leuk om ook dit mee te maken en gezien te hebben.

In deze 2,5 week in Dar heb ik ook nog wat dingen gedaan op het gebied van albinisme. Doordat de communicatie wat lastig ging, zijn de dingen wat anders gelopen dan ik had verwacht maar uiteindelijk ben ik blij met wat ik nog gezien en gedaan heb:

De Josephat Torner Foundation (JTF):

Zondag 8 t/m 11 mei: Tripje naar Morogoro met Josephat Torner

Op zondag vertrok ik met een local bus van Dar naar het stadje Morogoro, een reis van zo’n 4 uur. Bij het busstation in Morogoro stond Hassan mij op te wachten. Hassan is een man met albinisme van rond de 25 jaar oud en is werkzaam bij TAS (Tansanian Albinism Society). Ik ging samen met Hassan naar de lodge waar ik de aankomende dagen zou verblijven. We lunchten hier samen en hij legde me uit wat hij allemaal doet voor TAS. Aan het einde van de middag gingen we langs bij de zus van Hassan, die ook albinisme heeft en die in de buurt bij familie van hen woonde. Het was een armoedig buurtje en ondanks dat niemand Engels sprak werd ik uiteraard weer hartelijk ontvangen. We liepen weer terug naar de lodge waar Hassan en ik een afspraak hadden met twee leraren van zijn universiteit. We wilden de volgende dag langsgaan op de universiteit om voorlichting te geven en overlegden met zijn leraren over hoe we dat het beste konden aanpakken. Het was eigenlijk de bedoeling dat ik vandaag Josephat Torner zou ontmoeten maar dat was deze dag helaas, vanwege omstandigheden, niet gelukt en zou de volgende dag komen.

Op maandag had ik om 8 uur met Hassan afgesproken. Toen ik het restaurantje van de lodge binnenliep zag ik dat hij er al zat, samen met Josephat. We ontbeten samen en Josephat vertelde over zijn foundation en wat hij allemaal doet voor mensen met albinisme. Een uurtje later vertrokken we met z’n drieen in een dala dala naar onze afspraken. We begonnen bij de universiteit waar Hassan studeert. We hadden hier een gesprek met de onderdirecteur en mochten de volgende dag terugkomen om Josephats documentaire (In the shadow of the sun) te laten zien en om aan de studenten voorlichting te geven over het onderwerp albinisme. Omdat het zo kort dag was allemaal, gingen we meteen samen met de onderdirecteur langs alle klassen om kort te vertellen wie we waren en wat we de volgende dag van plan waren. Onze volgende afspraak was op een politiebureau in de stad. Hier hadden we een afspraak met de politiechef, we praatten met hem over wat een belangrijke rol de politie kan spelen in de veiligheid van mensen met albinisme en nodigden hem uit voor onze voorlichting op de universiteit. Hierna liepen we door naar het kantoor van TAS, bestaande uit één kamer, waar Hassan werkt. We ontmoetten hier een vrijwilligster van TAS, Sajda. Hassan legde nog wat meer uit over wat TAS allemaal doet en we overlegden over de volgende dag. Toen we terugliepen naar het dala dala station, liepen we langs het kantoor van een lokale Tanzaniaanse publieke televisie-omroep. We besloten naar binnen te gaan en nodigden ze ook uit voor de volgende dag. Tegen drie uur waren we terug in de lodge en alle drie helemaal gebroken. Na geluncht te hebben vertrok ik naar m’n kamer, waar ik de rest van de dag heb doorgebracht.

Dinsdag vertrokken Hassan, Josephat en ik rond 10 uur richting een basisschool in de buurt. Op deze school zaten 1000 kindjes waarvan één meisje met albinisme. We hadden een gesprek met de directrice van de school, die na ons gesprek alle kindjes op het speelplein in het midden van de school bijeen riep. Wij stonden in het midden van al die kindjes en Josephat en Hassan hielden (in het Swahili uiteraard) een praatje over albinisme en de kindjes vonden het allemaal prachtig. Na het praatje gingen we door naar de lerarenkamer, waar we de leraren voorlichting over albinisme gaven en we ze vertelden hoe ze met kindjes die albinisme hebben om moeten gaan in de klas. Hierna kwam het meisje met albinisme, ze was een jaar of 8, aan op school en werd ze naar ons, in het kamertje van de directrice, gestuurd. Toen ze binnenkwam en ons zag zitten, rende ze weg. Toen ze later door een van de juffen terug werd gehaald huilde ze heel hard, de juf moest haar echt vasthouden om te voorkomen dat ze weer weg zou rennen, het was duidelijk dat ze erg bang was. De directrice legde uit dat haar verteld is dat ze nooit naar vreemden toe mag gaan en dat vreemden gevaarlijk zijn, waarschijnlijk dacht het meisje dus, dat we haar mee zouden nemen of iets zouden aandoen. Waar sommige kindjes gerustgesteld raken van het zien van andere mensen met albinisme of mzungu’s, was dat bij dit meisje niet het geval en het was hartverscheurend om te zien hoe erg ze in paniek was. We besloten haar maar met rust te laten en vertrokken weer naar de universiteit van Hassan. We waren hier om half 1 en zouden hier om 2 uur ons voorlichtingspraatje houden en documentaire laten zien. Alles ging uiteraard op z’n Tanzaniaans.. Van 2 uur tot half 5 moesten er nog dingen geregeld worden die nodig waren om de docu te kunnen laten zien, zoals een beamer en een geluidinstallatie. Ondertussen verbleven wij, Josephat, Hassan, Sajda en ik, met zo’n 200 studenten in een grote zaal van de universiteit en hebben we, vooral Josephat, 2,5 uur volgepraat over albinisme. Om half 5 kwamen de politiechef en een filmploegje van de Tanzaniaanse omroep, was alles geregeld en konden we eindelijk met de documentaire beginnen. Toen het afgelopen was, waren er nog wat afsluitende praatjes en daarna vertrokken we richting de lodge. De volgende ochtend heb ik afscheid genomen van Hassan en Josephat en ging ik met de bus weer terug naar Dar.

Het waren erge bijzondere en leerzame dagen. Ik ben dankbaar dat ik dit soort dingen mee heb mogen maken al was het allemaal wel ook erg vermoeiend en soms ook lastig. Waar je in Tanzania als mzungu sowieso al constant alle aandacht krijgt, is dat in dit geval natuurlijk extra, wanneer ik ook nog eens met twee mannen met albinisme over straat loop. Eng of gevaarlijk was het niet, volwassen mensen met albinisme lopen namelijk minder gevaar dan kinderen omdat ze zichzelf beter kunnen beschermen maar mentaal putte het me wel uit. Ook was het zo dat ik als mzungu natuurlijk een goeie trekpleister ben, wat me gemengde gevoelens gaf.. Zodra ik voor de studenten stond bijvoorbeeld kwamen de telefoontjes en camera’s omhoog en hadden ze alle aandacht en na bijna ieder gesprek de afgelopen dagen, met belangrijke mensen zoals directeuren van scholen/universiteiten, werd m’n nummer wel gevraagd en of ik nog single was etc. Ik ben natuurlijk blij dat ik m’n steentje bij kan dragen bij de voorlichting over albinisme maar het is ook lastig dat ik dit (voornamelijk) kan doen, puur omdat ik een mzungu ben.
Voor meer informatie: http://josephattornerfoundation.org/

17 mei: Bezoek Matumaini School van het Leger des Heils

Ik ben samen met een lid van JTF, Paul, op bezoek geweest bij de Matumaini School die van het Leger des Heils is. De Matumaini School is een (boarding) school voor kindjes met een lichamelijke beperking en kindjes met albinisme. Ik heb een rondleiding gekregen op de school en dat was een hele verademing met wat ik gezien heb in het Buhangija centrum in Shinyanga. De school was, ondanks dat ze niet heel veel geld te spenderen hebben, erg mooi en schoon. Het was duidelijk te zien dat hier goed voor de kinderen wordt gezorgd en dat de kinderen hier blij zijn. Ik heb hier ook Faustine ontmoet. Faustine is een jongetje met albinisme dat van Buhangija naar de Matumaini School is gebracht en hij was te zien geweest bij RTL. Ondanks dat hij pas 2 weken hier was toen ik hem ontmoette, ging het duidelijk al stukken beter met hem en het deed me goed om dat te zien!
Voor meer informatie: http://www.salvationarmy.org/tanzania/Matumainiprimary

18 mei: Bezoek Under The Same Sun (UTSS)

Om 11 uur had ik een afspraak met iemand van UTSS. Deze meneer, die ook albinisme heeft, legde me in 1,5 uur uit wat UTSS allemaal doet. Aan het einde van het gesprek kreeg ik allerlei voorlichtingspakketjes mee. Ik vond het erg leerzaam om te horen wat UTSS allemaal voor mensen met albinisme doet.
Voor meer informatie: http://www.underthesamesun.com/


Op zaterdag 21 mei vloog ik terug naar Nederland en kwam er een einde aan mijn 4,5 maand in Tanzania. Ik zal mijn tijd in Tanzania nooit vergeten. Alle hoogte- en ook dieptepunten maakten mijn reis tot een hele bijzondere ervaring. De mensen en het gevoel daar zal me altijd bij blijven en waar ik kan, zal ik proberen om wat terug voor ze te doen.

Bedankt voor het lezen van m’n blogs en alle lieve reacties die ik er steeds op kreeg!

Liefs,
Olivia

Een nieuw avontuur

Hallo allemaal,

Intussen zijn er alweer een aantal weken voorbij zonder dat ik een blog heb geschreven.. Het waren m'n laatste weken in Arusha en m'n eerste week vakantie!

In m'n laatste week in Arusha, 11 t/m 17-04, heb ik nog een aantal bijzondere dingen meegemaakt.
Op woensdag ging ik samen met Jackie, David en 6 van de nieuwe meisjes met albinisme naar het ziekenhuis in Moshi. De meisjes moeten eigenlijk helemaal gecheckt worden, en dus ook naar de kinderarts en dermatoloog maar omdat dat teveel is om op één dag te doen gingen we nu alleen naar de oogarts. Het was een erg groot en redelijk mooi ziekenhuis maar wel allemaal wat primitiever dan in Nederland natuurlijk. We waren om 6 uur 's ochtends van huis vertrokken en waren als een van de eersten in het ziekenhuis waardoor we snel aan de beurt waren. Jackie zat omstebeurt met 3 meisjes bij een vrouwelijke arts en een stagaire die de ogen van de meisjes checkten en David en ik tegelijkertijd met de andere 3 meisjes. We zaten als het ware in twee aparte kamers maar omdat er een opening tussen de kamers zat konden we makkelijk contact houden en overleggen. Mensen met albinisme hebben ook in hun ogen weinig pigment waardoor hun ogen erg slecht zijn. Het was Jackie en mij tijdens de lessen in het centrum al wel opgevallen dat de ogen van de meisjes niet goed zijn maar dat ze zó slecht zijn hadden we niet gedacht. Zo heeft een van de meisjes bijvoorbeeld een bril nodig met glazen van -14 en -15 en daarnaast nog een vergrootglas om goed te kunnen zien. Het was allemaal erg interessant om te zien hoe ze in het ziekenhuis met de primitieve middelen die ze hadden alles deden. Het duurde allemaal helaas wel erg lang, in totaal waren we 8 uur in het ziekenhuis en we waren dan ook wel blij toen we weer thuis waren.
Op woensdagavond kregen we bericht dat de oma van de familie waar we verblijven was overleden. Deze oma woonde op 5 minuutjes lopen van ons en op zaterdag werd ze begraven. De uitvaartceremonie vond bij de opa en oma thuis plaats en ik ging er samen met Jackie heen. Toen we samen met Hadidja, een meisje van secondary school die nu in haar vakantie bij ons thuis verblijft, bij hun huis aankwamen zagen we in de tuin naast het huis een gat in de grond waar precies een grafkist in zou passen. De monden van Jackie en mij vielen open en vol ongeloof vroegen we aan Hadidja of oma hier zou worden begrafen en die antwoordde 'ja natuurlijk'.. In het begin van de ceremonie moest iedereen, er waren wel zo'n 300 mensen, langs de kist waar oma in lag lopen. De bovenkant van de kist was open en dus was haar gezicht te zien. Hierna namen Jackie en ik plaats op plastic stoelen in de tent waar ook de familie en naaste vrienden zaten. Beneden in de tuin waren nog meer tenten met stoelen en ook stonden in alle tenten weer tv's en werd de hele ceremonie gefilmd en live uitgezonden. Zodra iemand huilde dook de cameraman erop, redelijk apart als je het mij vraagt. Alles zag er erg mooi uit alleen doordat het al de hele dag regende was de hele tuin één grote modderpoel. Iedereen had zijn/haar mooiste kleding aan en iedereen zag er kleurig uit. De hele ceremonie duurde in totaal meer dan 4 uur waarin vooral veel gezongen en, onder leiding van een priester, gebeden werd. Alleen haar oudste zoon, de vader van David, hield een praatje over oma, verder was er niemand van de familie die iets zei. Na zo'n 3 uur werd oma, onder gezang wederom, begrafen in haar eigen tuin. Dit duurde zo'n halfuur en daarna waren er allemaal mensen die geld gedoneerd hadden voor de begrafenis die hun zegje deden. Hierna was er een buffet en kreeg iedereen te eten en drinken. Jackie en ik besloten hierna naar huis te gaan.

Naast deze bijzondere gebeurtenissen was het natuurlijk ook de week waarin Maaik en ik alles voor het laatst deden en waarin we van alles en iedereen in Arusha afscheid moesten nemen. Maaik vliegt terug naar Nederland vanaf Arusha en komt dus nog wel 2 nachtjes terug maar ik vlieg terug vanaf Dar es Salaam en kom dus niet meer terug. We aten voor de laatste keer bij plekken waar we de afgelopen maanden vaak kwamen en gingen voor de laatste keer uit bij onze vaste plekken. Het afscheid van de kindjes was erg mooi. Alle kindjes zongen liedjes voor me en kwamen me eerst één voor één een knuffel geven en bedanken en daarna kreeg ik een groepsknuffel. Het was minder emotioneel dan ik had verwacht maar dat komt denk ik omdat ik nog niet naar huis ga maar in Tanzania blijf en dus geleidelijker afscheid neem van het land en alles hier.

Maandag 18 april was het tijd voor onze vakantie. Ik vertrok 's ochtends samen met Maaik met de bus richting Dar es Salaam. Hier verbleven we twee nachten in een super mooi hotel. We kwamen rond 4 uur aan in ons hotel en hadden op internet gelezen dat er een winkelcentrum in de buurt was en dus besloten we om daar naartoe te gaan. Binnen 5 minuutjes waren we er met de tuktuk en toen we daar aankwamen wisten we niet wat ons overkwam. Het was een volgens Nederlandse begrippen 'normaal' winkelcentrum met normale supermarkten en kledingwinkels, een applestore, een bioscoop en zelfs een kfc! De glimlach ging niet meer van onze gezichten af, we liepen er rond alsof we nog nooit zoiets gezien hadden en waren intens gelukkig. De tweede dag gingen we na een heerlijk ontbijtje in ons hotel de stad in. We kochten hier boottickets voor naar Zanzibar de volgende dag. We kochten de tickets in een klein reisbureautje en toen we hierna iets verder doorliepen kwamen we bij het echte loket van de boot aan en bleek dat we zo'n 6 euro teveel hadden betaald voor onze tickets, helemaal jammer. Hierna hebben we door de stad gelopen, we hadden al wel van veel mensen gehoord dat de stad van Dar lelijk was maar nadat we het winkelcentrum hadden gezien hadden we natuurlijk hoge verwachtingen, dit viel dus tegen. 's Middags zijn we maar weer naar het winkelcentrum gegaan en hebben we voor het eerst in maanden weer echt gewinkeld, zijn we naar de kfc gegaan en daarna nog naar de bioscoop. Zo gek om van deze voor ons eigenlijk normale dingen zo erg te kunnen genieten.
Woensdag 20 april vertrokken we 's ochtends met de boot naar Zanzibar. Het was een relaxte boottocht en we hadden zelfs een dolfijn gezien! Bij aankomst in Zanzibar moesten we opnieuw formulieren invullen en ons paspoort laten zien. Ik bleef bij de tassen staan terwijl Maaik in de rij ging staan en toen begon het gezeik. Maaik moest in het kantoortje komen en is daar zo'n halfuur ondervraagd. Ik kon alles door de ramen zien en uiteindelijk werd ik er ook bijgevraagd. Ik werd nu ook ondervraagd en we zaten allebei in de stress. We snapten totaal niet wat nou het probleem was en na dit heel vaak te hebben gevraagd zei een van de mannen uiteindelijk dat het was omdat we na 3 maanden wel ons toeristenvisum hadden verlengd maar niet ons werkvisum, wat nodig is om vrijwilligerswerk te mogen doen. Ze geloofden niet dat we nu op vakantie waren en dachten dat we ook hier vrijwilligerswerk gingen doen. Uiteindelijk kwam het allemaal goed en na nog wat grappen te hebben gemaakt en te hebben geflirt met ons mochten we toch Zanzibar van ze in. De eerste twee nachten verbleven we in Stonetown. Woensdag hebben we de stad verkend, dit is weer heel anders dan waar we tot nu toe zijn geweest. Het zijn allemaal kleine straatjes en er zijn bijna alleen maar moslim inwoners en wat toeristen. Donderdagochtend gingen we op een spicetour en 's middags zijn we naar prisonisland geweest. Dit werd niet het culturele hoogstandje dat we hadden verwacht, er was niets cultureels van over, maar we hebben hier wel schildpadden gevoerd en geaaid, op het strand gelegen en op de boot terug zagen we ook nog een groep dolfijnen, wat wil een mens nog meer.
Op vrijdag vertrokken we naar Paje, een plaats in het oosten van Zanzibar. Hier verblijven we 5 nachten in een bungalow op zo'n 50 meter van het strand. Het is hier echt een paradijsje met palmbomen, een wit strand en helder blauw water. Hier is het vooral relaxen geblazen en we kunnen hier echt even bijkomen van alles. Gisteren, woensdag, hadden we de ochtend van ons leven. Om 6 uur werden we samen met drie jongens die ook bij ons verblijven opgepikt en reden we een halfuur richting het zuiden. Hier stapten we, gewapend met een snorkelset, op een bootje en gingen we de zee op, opzoek naar dolfijnen! Wij dachten dat we een relaxt boottochtje tegemoet gingen maar dat bleek helaas alles behalve het geval. Er waren allemaal hartstikke hoge golven en waar we in het begin nog met z'n allen grappen hadden gemaakt over de zwemvesten die in de boot lagen, hadden we nu toch wel spijt dat we die niet hadden aangedaan. Na zo'n 1,5 uur op het water hadden we nog geen dolfijnen gespot en de wanhoop was van onze gezichten af te lezen. Toen opeens zag de bestuurder van ons bootje wat en met een rotvaart vaarden we erop af en inderdaad waren daar dolfijnen! Ondanks dat het nu laagseizoen is waren er iets van 10 bootjes met toeristen die allemaal op de dolfijnen afgingen. De dolfijnen kwamen hartstikke dichtbij de boot en we konden ze goed zien. De jongens doken er gelijk met hun snorkelsets in. Maaik en ik durfden nog niet maar toen zij bovenkwamen en zeiden dat ze de dolfijnen onder water hadden gezien werden we toch wel jaloers en trokken we onze snorkelsets ook aan. We doken iets later ook bij de dolfijnen, Maaik en een van de andere jongens hadden de dolfijnen (vaag) wel gezien maar ik was te laat en had niets gezien. De bestuurder van de boot vond dat we lang genoeg op het water waren geweest en zei dat we nog één keer erbij konden springen. Ik dacht dat het me niet meer zou lukken om de dolfijnen onder water te zien maar dit bleek m'n lucky keer! Er zwommen dolfijnen naast en onder ons en we konden ze hartstikke goed zien en ook hoorden we het geluid dat ze onder water maakten, écht super speciaal en echt een droom die uitkomt!! Met vijf blije gezichten vertrokken we weer terug naar de kust. Steeds als ik denk dat m'n tijd hier niet beter kan worden, wordt het toch nog een beetje beter!

Nu heb ik nog 1,5 week samen met Maaik, tot zondag in Zanzibar en daarna in Pangani en Tanga, twee kustplaatsen. Op donderdag 5 mei gaat Maaik terug naar Arusha en ga ik alleen verder. M'n precieze planning weet ik nog niet maar ik ga in ieder geval nog naar Dar om daar langs te gaan bij organisaties die wat voor mensen met albinisme betekenen en om te helpen bij centra waar kinderen met albinisme worden opgevangen, wordt vervolgd!

Liefs,
Olivia



Onmenselijk: leven met Albinisme in Tanzania

Hallo allemaal,


Zaterdag 12 maart zijn Janina en Jackie, twee Duitse vrijwilligsters, ook van mijn leeftijd, weer teruggekomen bij Living Water (LW).Ik had ze al eerder ontmoet maar ze waren de eerste weken dat ik bij LW was op safari en naar Zanzibar. Maar nu ze weer terug zijn, ben ik dus niet meerde enige vrijwilliger hier.

In Tanzania zijn er erg veel mensen met Albinisme, ongeveer 1 op de 1400 mensen hier. Hoewel Albinisme wordt veroorzaakt door een genetische afwijking, zien veel Tanzanianen het als een vloek en geloven ze dat ze rijk worden als ze een deel van het lichaam van iemand met Albinisme in een ketting om hun nek hangen en/of naar een zogenaamde witch-dokter brengen. Er staan hoge prijzen op (een deel van) het lichaam van iemand met Albinisme. Zo krijg je hier voor een heel lichaam zo’n 60.000 euro. En vooral kinderen lopen veel gevaar. Door de regering is dit allemaal wel bij wet verboden maar dit wordt amper nagekomen. Het leven van iemand met Albinisme is hier dus alles behalve zeker en veel van hen worden verstoten door hun familie. Als ze niet worden verstoten worden kinderen bijna altijd weggegeven door hun ouders omdat ze de veiligheid van hun kind niet kunnen garanderen.

Bij LW zaten al 6 kinderen met Albinisme, 3 in het centrum waar ik ook verblijf en 3 op de bij LW behorende Yakini primary School, die in een ander deel van de stad is gevestigd. Om het centrum staat al een muur om de kindjes te beschermen tegen de mensen die ze iets aan willen doen en de maandag nadat Jackie en Janina waren teruggekomen, vertelden ze, dat ze via Mercedes Benz 44.000 euro (!!!!!) hebben geregeld voor het afbouwen van de muur om de Yakini Primary School en voor het begin van het bouwen van een muur om de Yakini Secondary School. Het was een erg mooi en emotioneel moment toen ze het aan de familie die LW runt vertelden; iedereen reageerde heel ontroerd en blij verrast.

De volgende dag gingen we met de drie kindjes met Albinisme van het centrum naar de Yakini Primary School om het goede nieuws te delen en foto’s te maken voor Mercedes Benz. We waren met de auto en toen we terugreden moest de bestuurder van de auto halverwege eigenlijk weer terug naar de Yakini school, dus toen we in de stad de schoolbus van de Yakini school tegenkwamen, vroeg hij of we het goed vonden om verder met de schoolbus naar huis (het centrum) te gaan. Wij vonden dit natuurlijk goed. Maar het wisselen van de kindjes met Albinisme van de auto naar de bus was te gevaarlijk om gewoon maar ergens in de stad te doen en dus moesten we naar een afgelegen plek rijden om de kindjes van de auto in de schoolbus over te laten stappen. Toen we daar waren, stond de auto op nog geen 10 meter van de bus, de kindjes pakten alledrie de hand van een van ons en renden zo snel als ze konden naar de bus en probeerden daar zo snel mogelijk in te komen. Dit was het moment waarop ik voor het eerst echt besefte hoe heftig het leven voor kinderen met Albinisme hier is. Dat ook de kindjes zelf door hadden hoe gevaarlijk het voor hen is, was hartverscheurend.

Als bedankje voor het geld besloot de familie van LW om ons, Janina, Jackie en mij, mee te nemen op een tripje, van zaterdag 19-03 t/m dinsdag 22-03. We hadden begrepen dat we naar de stad Mwanza en Lake Victoria zouden gaan en dat we tussendoor ook op bezoek zouden gaan bij een centrum voor kinderen met Albinisme om daar zes kindjes op te halen om mee te nemen naar LW. Dat het zo’n heftige trip zou worden hadden we alle drie nooit gedacht....

Zaterdag vertrokken we om 5 uur ’s nachts met twee auto’s. We gingen met David, zijn ouders en een vriend van de familie die meeging als chauffeur. Na zo’n tien uur rijden kwamen we aan in Shinyanga, een rustig en mooi plaatsje in het noord-westen van Tanzania. David en de chauffeur waren gesloopt en we besloten om hier te overnachten, in deze plaats was namelijk ook het centrum voor kinderen met Albinisme dat we de volgende dag zouden bezoeken.
Die volgende ochtend vertrokken we rond 9 uur naar dat centrum, Buhangija Centre. De familie had ons al wel gewaarschuwd dat het heftig zou worden maar dit was veel erger dan dat. We parkeerden onze auto’s binnen de poort en zodra we de auto uitstapten werden we overvallen door een onbeschrijfelijke stank, nog nooit heb ik zo’n erge stank geroken. Er kwamen allemaal kindjes op ons afgerend en naiedereen te hebben begroet gingen we op de eetplaats in het midden van het centrum zitten samen met de familie en de baas van het centrum. In het centrum verblijven 400 kindjes, van 2 tot ongeveer 20 jaar. De meeste kindjes hebben Albinisme maar er zijn ook donkere kindjes die doof zijn of een andere handicap hebben. Vandaag zouden we kiezen welke zes kindjes we mee zouden nemen naar LW. Terwijl wij op een rijtje zaten kwamen een voor een kindjes naar voren. Op basis waarvan de kindjes werden uitgekozen werd niet duidelijk, het leek mij gewoon lukraak kiezen, want hoe kies je uit 400 kindjes er 6?? Ondertussen moesten Janina, Jackie en ik heel erg ons best doen om niet in huilen uit te barsten. Ik heb zoiets ergs nog nooit meegemaakt, niets wat ook maar in de buurt hiervan komt. Als je mij zou vragen wat de hel is, dan is dit het wel..... De stank was niet om uit te houden, alle kindjes waren vies en veel zagen er ziek uit. De helft van de kindjes met Albinisme hadden geen hoedjes op hun hoofd, laat staan dat een van hen maar zonnebrand op had en veel van hen hadden dan ook de zwarte vlekken op hun huid, die duiden op huidkanker. Het opvangcentrum is van de overheid en er “werkten” zo’n 10 mensen: ze zaten binnen of buiten de poort en ze deden allemaal letterlijk niets. Ze keken niet op of om naar de kindjes. De kinderen moeten alles maar zelf uitzoeken, het is een grote chaos en er is niemand daar die om de kinderen geeft. Er was een kindje dat heel hard moest huilen en schreeuwde om z’n mama, niemand die ook maar omkeek of het kindje ging troosten. Het kippenvel stond op onze armen en we wisten niet meer waar we het moesten zoeken. Ondertussen stonden er allemaal kindjes om ons heen, die ons allemaal wanhopig aankeken of we ze alsjeblieft wilden redden en konden meenemen vanuit hier. Na zo’n 1,5 uur wist de familie genoeg en hadden ze 8 meisjes, tussen de 5 en 14 jaar, uitgekozen die we mee zouden nemen, het was nu alleen nog een kwestie van papierwerk en dat zouden we de volgende dag doen.
We vertrokken in de auto richting Mwanza en Lake Victoria. In de auto hielden Janina, Jackie en ik het niet meer en barstten we in tranen uit. We hebben 3 uur stil en huilend in de auto gezeten. Toen we in Mwanza waren gingen we ergens lunchen en daarna hebben we door Mwanza gereden en vanaf twee uitzichtpunten Lake Victoria gezien. Het was prachtig om te zien maar we zaten er allemaal helemaal doorheen, echt genieten zat er dus niet in. ’s Avonds reden we weer terug naar Shinyanga om daar te overnachten.

Maandag vertrokken we om 10 uur weer richting het Buhangija opvangcentrum. David en
zijn ouders moesten het papierwerk voor de 8 kinderen regelen en wij bleven met de chauffeur achter in het centrum. We zijn hier zo’n 4 uur geweest, waarvan we in totaal denk ik 1 uur daadwerkelijk in hetopvangcentrum zijn geweest, langer in het centrum blijven lukte ons niet. Het was te heftig en we besloten buiten het centrum onze tijd door te brengen. Hoe we ons voelden valt niet te beschrijven, we hebben samengepraat en vooral gehuild. We hadden nergens zin in en wisten niet wat we met onszelf aanmoesten. We hadden nog niet alles gezien en we besloten toch maar terug te gaan om een rondje te lopen over het hele terrein van het centrum. Het was onmenselijk. Letterlijk alles was vies en stonk, in het gangetje naar de wc’s toe lagen drollen op de grond. Ze kookten op vuurtjes buiten waar een enorme rook vanaf kwam en er waren een aantal kindjes die huilden en schreeuwden om hun mama’s, wederom niemand die naar ze omkeek. Er liep een klein meisje, ik denk dat ze 2 was, helemaal alleen over het terrein met een grote, uitpuilende navel, nog nooit zoiets gezien. Er was wel een dokter maar die zagen we alleen maar de nagels van een meisje knippen en er was nog een ander dokterpraktijkje/ziekenzaaltje maar daar zaten twee vrouwen gezellig samen te kletsen en niets te doen. Er waren slaapruimtes waar stapelbedden, met 3 bedden boven elkaar, stonden, waar op ieder matras 3 of 4 kindjes sliepen. De ellende leek maar niet op te houden, overal waar we kwamen was het even shockerend. We liepen snel de poort uit om buiten op adem te komen. De tijd leek maar niet voorbij te gaan en toen het twee uur was belden we David, die ondertussen in de stad was om het papierwerk verder te regelen, en vertelden we hem dat we het niet meer trokken en weg wilden. Hij kwam ons halen en bracht ons naar het hotel, waar we met z’n drieen hebben gewacht op de rest. In het hotel konden we onze gedachtes een klein beetje verzetten en kwamen we een beetje tot rust. Rond half 7 kwamen de anderen, ze hadden al het papierwerk geregeld en de volgende ochtend om 6 uur zouden we de kindjes ophalen en samen naar Arusha vertrekken. We hebben met z’n allen een heel goed gesprek gehad over de gebeurtenissen en het was fijn om van de familie wat advies tekrijgen.

De volgende ochtend gingen we zoals gezegd om 6 uur de kindjes ophalen. Toen we aankwamen met de auto stonden alle kindjes al klaar, ze hadden in totaal 1 vuilniszak met kleding voor iedereen mee. Dat ze zomaar met vreemden in de auto meegaan naar een voor hen onbekende plek, en daar blij om zijn, geeft wel aan hoe groot de wanhoop is om uit Buhangija te vertrekken. Het oudste meisje kwam bij ons in de auto, ze zat de hele rit tussen Jackie en mij in op de achterbank, en de andere 7 gingen in de Safarijeep. De rit duurde meer dan 12 uur. De meisjes kunnen alleen maar Swahili en dus was het voor ons erg moeilijk om met ze te communiceren maar je kon zien dat ze alleen al van de trip erg genoten. Dat ze niets gewend zijn kon je merken, zo kregen ze op een gegeven moment een pakje drinken en wisten ze niet hoe ze dat open moesten maken en dat ze uit het rietje moesten drinken. Rond 7 uur waren we thuis in Arusha en kregen de kindjes allemaal een groot bord met eten, ze wisten niet wat ze meemaakten en aten allemaal razendsnel hun hele bord leeg. Hierna vertrokken ze met de moeder van David in de auto naar het centrum van LW en bleven wij thuis achter.

Het is nu ongeveer een week geleden en de meiden doen het hartstikke goed hier. De kindjes van het centrum hebben ze helemaal opgenomen in de groep en het is geweldig om te zien hoe gelukkig ze hier nu al zijn. De eerste dagen hadden Jackie, Janina en ik het heel erg lastig. Ik heb me nog nooit zo naar gevoeld en het is nog steeds erg moeilijk om een positieve draai te geven aan wat we hebben meegemaakt. Ik weet wel dat ik nooit iedereen kan helpen en dat iedere persoon die geholpen wordt al een geschenk is maar dat echt zo voelen is erg lastig. We moeten ons focussen op de 8 meiden die we hebben gered en daar blij mee zijn maar dat heeft tijd nodig, we denken vooral steeds aan alle andere kindjes, die we in die verschrikkelijke plaats hebben achtergelaten...
Maar ook al was de trip zo verschrikkelijk heftig, ik heb zeker geen spijt van dat ik mee ben gegaan. Het was een ervaring om nooit te vergeten, het heeft me zeker op een positieve manier veranderd en ik wil er nu alles aan doen om het het voor de kindjes die zijn achtergebleven beter te maken.

De tijd vliegt, alweer bijna 2 maanden hier!

Hallo allemaal,

M’n laatste blog is alweer zo’n maand geleden maar daar ben ik dan eindelijk weer. Ik heb hier zoveel dingen te doen en ik kan mezelf moeilijk aanzetten tot het schrijven van een blog,samahani (sorry). Bij deze zal ik een extra lange blog schrijven om jullie weer een beetje bij te brengen.

De safari
Van woensdag 17 t/m zaterdag 20 februari was ik op een vier daagse safari naar Tarangire, Serengeti en Ngoro Ngoro. Ik was samen met Amber, een Nederlandse vrouw van 29, en een Israelisch stel, Amir (26) en Mayaan (25). De eerste dag en nacht van de safari was ook Maaike met ons mee. De gids van de safari was Sos en we hadden een eigen kok, Raymond, mee.

Woensdag:
Om 8 uur werd ik thuis opgehaald. Vandaag stond Tarangire op het programma. Dit park staat bekend om de vele grote groepen olifanten die er leven en die hebben we dan ook gezien. Ook waren er in dit park erg veel giraffen. Sos vertelde dat hier normaal in het goede seizoen ook regelmatig leeuwen te zien zijn maar dat dat nu in dit seizoen niet vaak voorkwam. We wilden er toch heel erg graag eentje zien, vooral ook voor Maaike omdat die alleen vandaag meeging. Tegen het einde van de safari zagen we erg veel auto’s rond een boom staan. Toen we erop afreden zagen we wat er aan de hand was: er lag een leeuw onder de boom! De leeuw was bezig met een pumba op te eten en doordat ze in het gras lag was haar hoofd helaas moeilijk te zien. We stonden er toch zo’n 40 minuten naar te kijken en toen stond ze op. Ze liep op nog geen meter afstand van onze auto. Het was echt ongelofelijk om te zien! Helemaal blij vertrokken we even later uit het park opweg naar onze eerste slaapplaats. Ik sliep samen met Amber en Maaike in een grote tent met drie bedden erin. ’s Avonds kregen we een heerlijk diner gemaakt door Raymond en na eindelijk weer eens warm gedoucht te hebben gingen we slapen.

Donderdag:
Na het meest luxe ontbijt dat ik tot nu toe hier had gehad, met o.a. pannenkoeken en gebakken eieren, brachten we Maaike weg en reden we door naar Ngoro Ngoro, waar we doorheen moesten om naar de Serengeti te gaan. Vandaag stond eigenlijk de Serengeti op het programma maar omdat het gras daar nu zo hoog is, vanwege de vele regen die al is gevallen, was de kans om daar veel dieren te spotten klein en besloot Sos om rond te rijden in het gebied tussen Ngoro Ngoro en de Serengeti, wat bij de Ngoro Ngoro hoort. We hebben de hele dag rondgereden en super veel dieren gezien. Zo zagen we de migratie van grote groepen buffels en zebra’s en ook zagen we een waterpoel met zo’n 15 hyena’s erin en een groot meer met allemaal flamingo’s. Het hoogtepunt was toch wel net voordat we de Serengeti ingingen. We zagen toen namelijk een groep van zo’n 10 leeuwinnen en hun welpjes liggen, wederom op nog geen 2 meter van onze auto vandaan. Toen we naar onze slaapplaats in de Serengeti reden ging de zon onder wat een erg mooi gezicht was. We sliepen in tenten op een camping middenin de Serengeti. Er was geen hek om de camping heen en in principe konden dus alle dieren hier ook komen. Tijdens het eten regende het en na het eten stonden Amber en Amir te roken in de deuropening van het etenshuis toen ze opeens schreeuwden dat ze een hyena over het terrein zagen lopen. Amber en ik moesten nog naar het toiletgebouw voordat we naar onze tent gingen en verzochten Sos vriendelijk om met ons mee te lopen. Terwijl we terugliepen van het toiletgebouw naar onze tent bleef Sos opeens stilstaan. Hij zei scheen met zijn licht naar links en zei dat hij een hyena zag staan. Toen wij ook keken zagen we inderdaad twee ogen oplichten en stond er dus op nog geen 10 meter van ons een hyena. Dit was zo onwerkelijk en Amber en ik werden helemaal gek terwijl Sos rustig nog even bleef staan voordat hij met ons mee verder liep naar onze tent. ’s Nachts had het de hele nacht geregend en onze tent was helaas niet echt water dicht maarja we durfden vanwege de hyena natuurlijk ook niet meer de tent uit waardoor Amber en ik de halve nacht wakker hebben gelegen.

Vrijdag:
De wekker ging vandaag al om 05:30 omdat we de zonsopgang wilden gaan bekijken. Vanwege de regen van de afgelopen nacht was er echter geen zonsopgang te zien.. We waren nu toch al wel zo vroeg wakker en dus gingen we maar lekker vroeg op pad. De ochtend begon goed met een boom vol baboons die heel actief waren en niet veel later de eerste nijlpaarden. Rond half 12 waren we weer even terug op de camping voor een brunch en om onze tenten af te breken. In de Serengeti is de kans om een luipaard te zien meestal groot maar vanwege het hoge gras was ook dit moeilijk. We hadden wederom weer heel veel geluk want niet lang nadat we de camping weer hadden verlaten zagen we een luipaard in een boom liggen! Hij was jammer genoeg wel zo’n 50 meter van ons vandaan maar via de camera en de verrekijker konden we goed zien dat het een luipaard was en die konden we dus mooi ook weer toevoegen aan ons lijstje van de Big 5! Later op de dag stopten we nog bij een soort meer waar wel iets van 50 nijlpaarden in lagen. We hebben hier wel zo’n uur staan kijken en even later zagen we ook nog twee krokodillen. Tegen het einde van de middag gingen we naar onze volgende slaapplaats, een camping in de Ngoro Ngoro. Het was een camping met een heel mooi uitzicht. Toen we aankwamen begon het al donker te worden en dus moesten we snel onze tenten opzetten. Niet veel later, toen het donker was, stond het hele terrein vol met buffels. Toen Amber en ik na het eten in ons tentje lagen konden we ze naast ons hoofd horen eten, heel fijn!

Zaterdag:
Na vannacht, ondanks de etende buffels naast ons hoofd, heerlijk te hebben geslapen ging de wekker alweer om 6 uur. Na het ontbijt zaten we al om kwart over 7 ingepakt en wel in de auto opweg naar de Ngoro Ngoro krater. We reden vanaf de bovenrand de krater in. Om de Big 5 compleet te maken gingen we vandaag als laatste nog opzoek naar een neushoorn. Na zo’n 1,5 uur was het al raak. Op zo’n 70 meter van onze auto vandaan lag een neushoorn in het gras. Voor ons was het onmogelijk om te zien dat het daadwerkelijk een neushoorn was maar Sos wist zeker en ik was natuurlijk allang blij dat ik nu thuis mooi kon vertellen dat ik de Big 5 had gezien. Even later zagen we echter nog 4 neushoorns waarvan twee op maar 30 meter van de auto vandaan! We reden naar een lunchplek waar in het water allemaal nijlpaarden lagen. Waar we in de Serengeti absoluut de auto niet uitmochten bij de nijlpaarden, omdat nijlpaarden zo gevaarlijk zijn, mocht je hier gewoon rondlopen. Amber en ik vonden het echter toch een beetje eng en dus bleven we op afstand van het water en gingen we al na 5 minuten weer terug naar de anderen. Rond 2 uur en heel veel dieren verder gezien te hebben reden we de krater uit en gingen we lunchen bij een restaurantje op de weg naar huis. Rond 6 uur werd ik weer thuis afgezet.

De safari was by far een van de meest geweldige ervaringen uit m’n leven en ik heb heel erg genoten. Ik had echt geluk met een super gezellige groep, we hebben veel gelachen en veel mooie dingen gezien!

In de tussentijd zijn er natuurlijk ook veel andere dingen gebeurd, zoals:

Het bezoek aan een bijeenkomst van Masai-vrouwen (woensdag 24-02)
Anna, Maaike en ik gingen ’s middags bij een bijeenkomst van Masai-vrouwen op bezoek. Deze bijeenkomst vindt iedere woensdagmiddag plaats en wordt georganiseerd door HIMS, de organisatie van de mama van het huis waar Anna verblijft, mama McKrine. We gingen samen met Adam en nog drie andere locals die voor mama McKrine werken. Het was bijna 2 uur rijden vanaf Arusha. De bijeenkomst vond plaats bij een masai-dorp, onder een boom, met een prachtig uitzicht over de bergen en het landschap. Langzaam kwamen de vrouwen aangelopen, soms van wel meer dan 5 km ver, en uiteindelijk waren er zo’n 30 vrouwen. De oudere Masai-vrouwen en wij als gasten zaten op houten bankjes en de andere vrouwen zaten op de grond of op stenen. De vrouwen zagen er allemaal stuk voor stuk prachtig en traditioneel Masai uit. De vrouwen heetten ons welkom met een lied en met allemaal gejoel. De meeste Masai-vrouwen konden alleen maar de Masai-taal. Er was een Masai-vrouw, de voorzitster van de bijeenkomst, die wel goed Swahili kon. De gesprekken gingen via haar, zij vertaalde het Swahili naar het Masai en andersom, en via Adam, die het Swahili naar het Engels vertaalde en andersom.
De sessie begon met een voorstelronde waarin iedereen vertelde hoe ze heetten, hoe oud ze waren en hoeveel kinderen ze hadden. Na het voorstelrondje vertelden de vrouwen over deze groep. Elke vrouw legt 1000 shiling per bijeenkomst neer en dit geld wordt als lening aan een van de vrouwen gegeven zodat ze zelf een eigen bedrijfje, bijvoorbeeld mais verbouwen, kunnen opzetten om zo op den duur meer geld te kunnen verdienen. Na 3 maanden moet de vrouw het geld plus 10% terug betalen. De mannen hebben het in de Masai-cultuur allemaal voor het zeggen en de meeste vrouwen komen dan ook stiekem naar deze bijeenkomsten toe. Ze praten tijdens de bijeenkomsten vooral over hun leven en over de problemen die ze tegenkomen in hun leven en ze gaan samen opzoek naar oplossingen voor deze problemen.
Nadat ze hadden uitgelegd wat de groep inhield mochten we vragen stellen aan de vrouwen. We mochten alles vragen en ze waren heel open. Hierna stelden de vrouwen ook vragen aan ons. Het was een heel confronterend moment waarop het weer even heel erg duidelijk werd voor ons wat voor een geluk wij hebben met waar we geboren zijn. Want waar de vrouwen in de Masai-cultuur niets te zeggen hebben, hebben wij het in Nederland als vrouw toch maar mooi voor elkaar. We voelden ons wat bezwaard en misschien zelfs ietswat schuldig om antwoord te geven op hun vragen en we zagen ook dat ze vol bewondering luisterden naar wat wij als vrouw in Nederland allemaal voor het zeggen hebben. Voor ons zijn het de gewone dingen waar we niet bij stil staan, zoals met wie we willen trouwen en hoeveel kinderen we willen, maar deze vrouwen hebben daar helemaal niets over te zeggen en dat was toch wel heel moeilijk om zo van de vrouwen zelf te horen.
Wat ik een van de shockerendste dingen vond was dat er een zwangere vrouw zat die een armbandje om had. Dit armbandje had ze gekregen van een man en het armbandje had als betekenis dat als haar ongeboren baby een meisje zou zijn hij met haar mocht trouwen. Wanneer het een jongetje zou zijn dan zou het zijn nieuwe beste vriend worden. Een meisje wordt dus al geclaimed voordat ze zelfs geboren is, echt niet voor te stellen zo triest..
Na de vragen legden de mensen van HIMS de vrouwen nog wat uit over de gezondheidszorg en daarna gingen we met de ‘voorzitster’ van de groep mee naar haar huis en mochten we in haar huisje kijken en hebben we haar familie ontmoet. Het was een hele indrukwekkende dag en ik vond het heel erg mooi en inspirerend om te zien hoe sterk deze vrouwen zijn en om te zien hoe erg zij vechten voor de toekomst voor hun kinderen.

Een man van het parlement die thuis langskwam (zaterdag 27-02)
Tussen 12 en half 1 zou er een man van het parlement bij ons thuis langkomen. Mama wil een speciale vergunning voor het kinderdagverblijf en deze man moest daarom ons huis komen checken. Om half 1 was iedereen er klaar voor: het hele huis was schoongemaakt, iedereen had zijn/haar mooiste kleding aan en er stond een koor van zo’n 30 mensen klaar. Rond half 2 kwamen er 3 dala dala’s vol met vrouwen met prachtige Afrikaanse en/of Masai-kleding aan. Ze zongen allerlei Afrikaanse liedjes en dansten enthousiast. Greetje en ik wisten niet wat we meemaakten. Op een gegeven moment waren er wel 150 mensen bij ons huis. De beste man kwam echter zelf pas om half 3, zo’n 2,5 uur later dus, aanzetten.. Hij werd enthousiast verwelkomt door alle zingende en dansende vrouwen. Eerst knipte hij buiten en binnen een lintje door en later liep hij, met iedereen achter zich aan, het kinderdagverblijf in om dat te bekijken. Mirjam gaf hem een rondleiding van een halfuur en vertelde hoe alles zat. Greetje en ik vielen natuurlijk op als de enige mzungu’s, hij had zich al aan ons voorgesteld en toen hij het kinderdagverblijf uitliep vroeg hij of we met hem mee wilden lunchen. We zouden eigenlijk boodschappen doen voor m’n afscheidsfeestje die ik die avond gaf maar zo’n kans konden we natuurlijk niet afslaan en omdat we alleen nog maar ontbeten hadden die dag hadden we hele erge honger en konden we een lunch dus wel gebruiken.
We vertrokken samen met Mirjam en de man van het parlement en zijn chauffeur in zijn auto en de dala dala’s met de vrouwen erin volgden ons. In de auto bleek dat we niet gelijk gingen lunchen maar dat we eerst nog naar een andere bijeenkomst gingen. Eenmaal aangekomen in een dorpje op een berg, zo’n drie kwartier rijden, werden we samen met de man van het parlement warm onthaald. We namen samen met hem en zijn mensen plaats onder een hele grote partytent. Buiten deze tent stonden en zaten zo’n 200 mensen, vooral vrouwen, in wederom hun mooiste kleding. Er waren verschillende optredens, zo werd er gezongen en speelden een aantal vrouwen een toneelstukje voor ons. Alles was in het Swahili waardoor het voor Greetje en mij natuurlijk moeilijk te volgen was. Aan het einde gingen we ook nog bij allerlei vrouwen langs die in een rij stonden om te laten zien wat ze allemaal gemaakt hadden en verkochten. Het was allemaal hartstikke leuk om mee te maken maar het was ondertussen 2 uur later, het werd saai, we vergingen ondertussen van de honger en we moesten eigenlijk naar huis om alles voor m’n afscheidsfeestje klaar te zetten. Patrick was er met de auto en we wilden eigenlijk zonder eten dan maar gaan maar dat is hier heel erg beleefd en dus werd er voor ons geregeld dat we alvast wat te eten kregen. Na het eten verontschuldigde we ons bij de man van het parlement en bedankten we hem voor deze uitnodiging en gingen we naar huis.

De verhuizing (zondag 28-02)
Ik ben, zoals gepland, vorige week zondag verhuisd van project en dus ook van slaapplek. Het was erg gek om na 6 weken van m’n familie bij mama afscheid te nemen. Ik zit nog 2 maanden in Arusha, op een project dat zo’n 30 minuten met de dala dala vanaf mama is en ik weet zeker dat ik nog contact hou en nog eens langsga wat het afscheid wel wat gek maakte.
Vooral de eerste twee dagen had ik het toch wel moeilijk om te wennen op m’n nieuwe project maar nu gaat het helemaal goed. Ik zit nu op het project Living Water. Dit is een project dat bestaat uit het centrum, met het weeshuis en een bijbehorende basisschool, en een grote basisschool op zo’n uur rijden vanaf hier. Ik slaap nu in een soort vrijwilligershuis. Het is bij de baas van het project, David, en z’n 6-jarige zoontje, ook David, in huis maar het is niet zo erg een gastgezin zoals bij mama en het is hier toch wel wat luxer allemaal. Zo heb ik een eigen kamer met twee bedden en een aangrenzende badkamer met een warme douche, een wc met een wc-bril en een wastafel en ook werken hier dienstmeisjes en jongens en hebben we een kok die drie keer per dag de lekkerste gerechten klaarmaakt voor ons. Het is een rare overgang van mama naar hier maar het is wel leuk voor de afwisseling. Het is nog een beetje kijken hoe ik het beste hier kan helpen maar tot nu toe help ik van maandag t/m vrijdag van 8 tot 12 in het centrum en geef ik bijles aan twee meisjes, van 13 en 6. Deze twee meisjes hebben vanwege gebeurtenissen in hun leven een enorme leerachterstand en kunnen een op een hulp goed gebruiken. Zo is het meisje van 13 al twee keer getrouwd geweest, de eerste keer uitgehuwelijkt door haar ouders en de tweede keer is ze toen ze weggelopen was van haar eerste man in handen gekomen van wederom een foute man. Ze is door beide mannen misbruikt en in elkaar geslagen en uiteindelijk heeft ze weten te vluchten en is de naar de politie gegaan. De politie heeft haar bij Living Water gebracht waar ze nu bijna een jaar verblijft. Dit soort verhalen zijn heel zielig en nauwelijks voorstelbaar en het is dan ook heel mooi om dit meisje ook maar een beetje te kunnen helpen!


Aankomende week wordt wederom weer lekker druk, zo heb voor iedere dag wel weer plannen. Ik hoop dat ik jullie nu weer wat heb bijgepraat en ik zal proberen om de volgende keren niet zolang te wachten tussen m’n blogs.

Tutaonana! (zie/spreek jullie)

Liefs,
Olivia

De bruiloft

Hallo allemaal,

Vandaag ben ik precies een maand in Tanzania. Aan de ene kant voel ik me nu helemaal gewend en voelt het alsof ik hier al lang ben en aan de andere kant gaat de tijd zo snel hier en maak ik iedere dag weer nieuwe dingen mee waardoor het voelt alsof ik er pas net ben.
Ik heb iedere dag veel leuke dingen te doen en het weer is nu gelukkig beter dan de eerste twee weken dat ik hier was: minder regen en meer zon!


Vorige week was ik door Mirjam en mama Joan meegevraagd naar een bruiloftsfeest en afgelopen zaterdagavond was het dan zover. Het was de bruiloft van de dochter van een vrouw waar mama Joan mee werkt. Mirjam en mama Joan waren zaterdag de hele dag in de salon om hun haar te laten doen. Ik had gelukkig vanuit Nederland een net jurkje meegenomen die ik mooi voor deze gelegenheid aan kon. Om 8 uur gingen we met de auto naar het feest, dat plaatsvond in een soort hele grote partytent bij een restaurant. Er stonden zo’n 30 grote ronde tafels met plaats voor 10 mensen. Alles was prachtig versierd en iedereen zag er prachtig uit. Mama Joan had me van tevoren al wel verteld dat het een erg rijke familie was maar dit overtrof toch al m’n verwachtingen. We zaten aan tafel met Faiz en Kurt (de tegenoverbuurmannen) en drie vrienden van Faiz. Naast Kurt en mij was er nog éénander blanke vrouw en verder allemaal locals. We zaten op zo’n 40 meter van het bruidspaar, dat zich op een open plek in het midden van de tent bevond. Om alles toch van dichtbij te kunnen zien hing er een tv-scherm waarop we alles live konden volgen.
Het was een hele ceremoniële gebeurtenis. De hele tijd werd er Afrikaanse muziek afgespeeld en er was een soort ceremoniemeester/presentator die alles aan elkaar praatte. De hele tijd kwamen er familieleden en bruidsmeisjes/jongens naar voren, onder leiding van Afrikaanse muziek, en dan werd er gedansd en gezongen. Je kon de familieleden en bruidsmeisjes/jongens herkennen aan hun kleding, zo droegen de oma’s dezelfde jurk en de bruidsmeisjes dezelfde jurk etc. Het bruidspaar sneed de taart aan en gaven elkaar een hapje ervan. Hierna hadden ze allemaal kleine ronde taartjes die het bruidspaar omstebeurt uitdeelde aan familieleden en bruidsmeisjes/jongens die één voor één naar voren kwamen. Na de taart werd er een dode, opgezette geit, waarvan behalve z’n vel alles nog aanzat, op een verhoging naar binnen gereden. Ook deze werd net zoals de taart aangesneden en er werden hapjes van uitgedeeld, door het bruidspaar aan elkaar en aan hun naasten. Kurt en ik wisten niet wat we zagen maar het blijkt een traditie hier te zijn die op elke bruiloft plaatsvindt.
Rond half 11 was het tijd voor het eten. Er was een buffet met zo’n 30 schotels waaruit de mensen van het buffet grote scheppen eten op de borden schepten. Ik had een hartstikke grote stapel op m’n bord met allemaal heerlijk en verschillend eten zoals fruit, groente, cake, vlees, patatjes en rijst. Tijdens het eten was er een dansopvoering van 8 jongens, wezen, die (net zoals alle locals) erg goed konden dansen. Na het eten en de dansopvoering was het tijd om, tafel voor tafel, het bruidspaar te feliciteren. Nadat we dit gedaan hadden, rond 12 uur, gingen we weer richting huis. Al mocht het ceremoniële gedeelte van mij wel wat ingekort worden, ik vond het wel heel speciaal om mee te maken. Van tevoren in Nederland hoopte ik al om zoiets mee te maken en dat is nu toch maar mooi gelukt!


Alles went...

- Het is me duidelijker geworden met wie ik nou allemaal woon. Ik blijk naast alle broers en zussen die ik in m’n vorige blog had benoemd nog 1 broertje van 13 te hebben, Kennedy, en 1 zusje van 16, Aika. En de broer waarvan ik dacht dat zijn naam Kevin was blijkt Calvin te heten.

- Iedere dag valt de stroom een paar uur uit. Meestal gebeurt dit overdag, wanneer ik meestal toch dingen te doen heb, maar het is toch iets waar je altijd rekening mee moet houden mocht je stroom nodig hebben.

- ‘Mzungu’ is de benaming die de locals hier gebruiken voor blanken. Waar wij het er in Nederland al jarenlang over hebben over hoe we mensen ‘met een kleurtje’ zouden moeten noemen, zeggen ze hier gewoon ongegeneerd mzungu tegen blanken en zien ze het als een compliment. Kinderen en ook volwassenen die je willen groeten, wat bijna iedereen wil, spreken je nou eenmaal aan met mzungu omdat ze je naam niet weten en je wel willen groeten. Zelfs op school noemde de leraar ons constant mzungu als hij het over ons had tegenover de leerlingen. Na 4 weken gezegd te hebben dat we gewoon bij onze namen genoemd willen worden leek hij dat vandaag eindelijk begrepen te hebben en noemde hij onze namen als hij het over ons had (dit kan morgen ook zomaar weer mzungu zijn hoor).

- (Bijna) alle mannen hier willen iets van/met een mzungu. Jonge mannen, oude mannen, rijke mannen, arme mannen, het maakt allemaal niets uit. De eigenwaarde bij veel mannen is ook ver te zoeken want hoe vaak je iemand ook afwijst, hij blijft het vaak gewoon proberen. Het is natuurlijk heel begrijpelijk als je je bedenkt hoe weinig kansen ze hier hebben en wat voor een gouden ticket, denken zij, wij zijn op een goed leven maar vermoeiend is het af en toe we

- Geduld is hier het toverwoord. Het komt (bijna) nooit voor dat een afspraak met een local ook echt op de afgesproken tijd plaatsvindt. Ook met bijvoorbeeld de dala dala’s moet je geen haast hebben, het kan namelijk zomaar zo zijn dat hij ergens voor iets van 15 minuten stil staat en dan moet je gewoon wachten tot hij weer verder rijdt.

Ik heb voor de aankomende weken weer veel leuke dingen gepland. Zo ga ik aankomende zaterdag ik met een hele groep naar de watervallen en ga ik volgende week op een 4-daagse safari waar ik erg naar uitkijk!
Ik hou jullie op de hoogte.

Liefs,
Olivia

M'n eerste volle week!

Hallo allemaal,

M’n eerste volle week zit erop en ik voel me ondertussen al helemaal op m’n plek hier!
Het is hier iedere dag erg warm en helaas valt er ook bijna iedere dag wat regen.
Ik krijg veel vragen over wat ik allemaal doe hier. Om jullie een idee te geven van m’n leven hier geef ik een overzicht van m’n eerste volle week in Arusha:

Elke week van maandag t/m vrijdag werk ik samen met Tineke, behalve op woensdag want dat is Tineke haar vrije dag, op een schooltje in de buurt. Het is zo’n 20 minuten lopen vanaf thuis of ik kan de dala dala nemen en dan ben ik er in 10 minuten. We werken van ongeveer 9 tot 1 uur. Van 9 tot 11 uur knutselen we of doen we spelletjes met de kleine kindjes (zo’n 40 kindjes tussen de 3 en 14 jaar) en ’s middags helpen we met de Engelse conversatieles van de ouderen (zo’n 15 mensen van tussen de 18 en 50 jaar).


Maandag 18-01:
Na school ben ik voor het eerst alleen de stad in geweest. Ik heb geluncht bij Africafe, een westers restaurantje, ben langs de Vodacomwinkel (plaatselijke vodafone) geweest en naar de Nakumat Supermarkt. Dit is een hele grote supermarkt waar ze letterlijk alles hebben, van tv’s tot schoonmaakspullen tot toiletspullen tot gewoon eten en drinken. Het was erg leuk om zo alleen op pad te gaan en totaal niet eng. Ik eet bijna iedere avond gewoon thuis, met m’n gezin.

Dinsdag 19-01:
Het werken vandaag viel wat tegen. Met de kleintjes knutselen ging goed maar de Engelse leraar laat de conversatieles totaal aan ons over, wat moeilijk voor ons is omdat Tineke en ik allebei geen lerares zijn. Na wat discussieren met de leraar, wat eigenlijk kansloos is, hebben we het opgegeven en proberen we er maar het beste van de maken en wat kleine opdrachtjes te verzinnen voor iedere les. ’s Middags hebben twee van m’n jongste broertjes, Amine en Bryson, me meegenomen op een wandeling door de buurt, een erg leuke manier om op erg lokale plekken te komen en te kunnen kijken. ’s Avonds heb ik met een van m’n zussen, Sharon van 18, op het balkon een Amerikaanse serie gekeken. Ik heb hier 3 broers (Patrick, Kevin en Robert) en 2 zussen (Sharon en Mirjam) van ongeveer mijn leeftijd, en 3 jongere broertjes van 13 (Amine en de tweeling Bryson en Bryan). Ze zijn allemaal super lief en het is erg leuk en ook interessant om met hen op te trekken en te praten.

Woensdag 20-01:
De hele nacht en dag heeft het zo geregend dat ik niet de deur uit kon. Alleen de grote wegen zijn hier geasfalteerd maar niet de kleine wegen naar de huizen toe, dus zodra het heel hard regent worden die wegen bijna onbegaanbaar. Ik baalde heel erg omdat dit m’n eerste werkdag alleen zou zijn en ik erg benieuwd was hoe dat me zou bevallen. Ik heb de dag doorgebracht in het kinderdagverblijf van mama en ik heb wat gerelaxet. ’s Avonds was het afscheidsetentje van Lily en hebben we met vijf Nederlanders in de stad gegeten. Daarna ben ik samen met Anna en Maaike uitgeweest en zijn Maaike en ik bij Anna blijven slapen.

Donderdag 21-01:
Na school heb ik de middag thuis doorgebracht. Amine en Bryson hebben me weer meegenomen op een wandeling, dit keer naar een andere plek in de buurt. ’s Avonds ben ik samen met de mama van een kindje op de opvang en Mirjam bij een tegenoverbuurman wat gaan eten en drinken. Bij deze buurman verblijft een Amerikaanse jongen van 19, wat erg leuk en handig is om samen dingen te kunnen ondernemen.

Vrijdag 22-01:
Toen ik ’s ochtends naar school liep stond er op de mainroad een hele lange file. Op een gegeven moment was het een soort van afgezet en stonden er heel veel mensen langs de weg. Ik vroeg aan een man wat er aan de hand was en hij zei dat de president van Tanzania langs zou komen maar dat hij niet precies wist hoelang dat nog zou duren. Ik stond er nog geen 5 minuten toen er inderdaad een stuk of 6 grote auto’s aan kwamen rijden. Op zo’n 100 meter van me vandaan stopten ze en alle locals renden ernaartoe. De president stond in zijn auto en hield een toespraak en alle locals juigden enthousiast op alles wat hij zei. Het was heel erg indrukwekkend om mee te maken!
Tineke was op een 4 daagse safari dus ik werkte vandaag alleen op het schooltje. Ik had puzzels meegenomen van mama, hele simpele Disneypuzzels met 4, 8, 16 en 24 stukjes, om met de kinderen te doen. Ik had wel verwacht dat het wat moeilijk zou zijn voor de kleintjes maar zelfs de volwassenen konden het amper, echt heel apart om te zien. ’s Middags had ik m’n eerste Swahili les van een local meisje, Sia, van 24 jaar. Normaal heb ik twee keer per week les samen met Anna maar die is ook op de safari dus daarom had ik het deze keer alleen. Tijdens deze eerste les zat er nog een local meisje bij ons aan tafel, een vriendin van Sia, die amper Engels kon en amper een woord zei. Aan het einde van de les zei Sia dat deze vriendin graag met mij op de foto wilde en of ik dat goed vond. Ze had dus die hele les zitten wachten op het moment dat ze samen met mij op de foto kon, zo cute!
Toen ik thuis kwam was Greetje, een Nederlandse vrouw, gearriveerd. Zij is al 3 keer eerder bij mama geweest en zal nu voor 2,5 maand hier verblijven, ik ben dus niet meer de enige Nederlander in huis. ’s Avonds was ik weer met Mirjam en de mama van Joan bij de tegenoverbuurmannen wat gaan eten en drinken. Eigenlijk zou ik samen met Mirjam bij de mama van Joan gaan slapen maar toen werd ik ziek en ben ik maar naar huis gegaan.

Zaterdag 23-01:
Ik had gelukkig goed geslapen en voelde me weer een stuk beter. De zon scheen de hele dag en ik ben samen met Maaike en m’n 3 kleine broertjes en een kleinkind van mama naar een zwembad in de buurt geweest. Pal naast dit prachtige hotel met zwembad is een groot dal waar mensen 7 dagen in de week, vaak in de brandende zon, stenen kapot zitten te hakken en opzoek zijn naar stenen, precies zoals je herkend van de tv. Het is heel naar om te zien en ook een heel raar gevoel om dan dood leuk ernaast te gaan zwemmen.. Voor m’n broertjes zijn uitstapjes zoals naar het zwembad gaan hele bijzondere gebeurtenissen en ze hadden zich helemaal netjes aangekleed voor deze gelegenheid. Toen we in het zwembad waren bleek dat ze (net als de meeste andere mensen in het zwembad) voor geen meter konden zwemmen en hebben Maaike en ik ze leren zwemmen, erg grappig om te doen! M’n broertjes waren niet meer uit het zwembad te slaan en Maaike en ik hebben heerlijk gerelaxet. Het voelde voor het eerst echt als vakantie! ’s Avonds heb ik thuis wat met m’n broers en zussen rondgehangen en ben niet al te laat gaan slapen.

Zondag 24-01:
Ik heb vandaag Maaike opgezocht op haar project. Ze werkt op een kindertehuis en school zo’n 1 uur bij mij vandaan met 2 dala dala’s. We hebben samen met de kinderen op het project geluncht en daarna hebben we een slinger van muizentrapjes met de kindjes gemaakt. Rond 3 uur gingen we samen richting de stad voor wat boodschapjes en een wandeling over de markt. Toen ik thuis kwam heb ik een tijd met Greetje voor de deur gezeten en gekletst. Na het eten heb ik heel lang met Sharon en Kevin op bed gelegen en gepraat. Dit was de laatste avond van Sharon omdat ze maandagochtend vroeg naar haar boardingschool, zo’n twee dagen reizen vanaf hier, vertrekt, wat wel erg jammer is.

Een hele geslaagde week, op naar de volgende!
Liefs,
Olivia

Mambo!

Mambo lieve allemaal!

Ondanks dat dit pas m’n vierde dag is hier heb ik toch al zoveel meegemaakt en zoveel mensen ontmoet. Ik zou het liefste alles willen vertellen en het is lastig om alles te verwerken in een (niet al te lange) blog maar ik ga m’n best doen!

Toen woensdag m’n vliegtuig opsteeg vanaf Schiphol besefte ik me: nu gaat het echt beginnen! Waar ik het aan de ene kant toch wel heel moeilijk vond om iedereen in Amsterdam achter te laten had ik aan de andere kant ook heel veel zin in m’n avontuur.

Ik werd ’s avonds opgehaald van het vliegveld en met de auto naar huis gebracht. Eerst reden we ongeveer een uur over een grote weg voordat we rechts afsloegen op een hobbelige weg naar het huis van mama Grace, waar ik de eerste 6 weken zal verblijven. Het huis is erg mooi en behoorlijk groot. Wie hier nou allemaal wonen is me nog steeds niet helemaal duidelijk, maar in ieder geval mama, papa en 3 weeskinderen die in dit gezin zijn opgenomen. Vaak komen er nog 3 andere weeskinderen en familieleden aanwaaien die soms ook hier verblijven, wat het lastig te volgen maakt wie er nou daadwerkelijk hier woont. Ook heeft mama een kindertehuis aan huis waar van maandag t/m zaterdag zo’n 15 kindjes van 3 maanden tot 4 jaar komen en waar ik wanneer ik wil kan helpen. Er zijn dus de hele tijd veel mensen in huis wat wel erg gezellig is! Ik heb een eigen kamer die me prima bevalt. Het is wel primitiever dan m’n eigen kamer maar het is wel echt Afrikaans. Zo heb ik een wc zonder wc-bril en werkt de douche in m’n kamer niet. Als ik wil douchen dan kan dat (met koud water) in de gezamenlijke badkamer en/of ik krijg een grote bak met warm water wat ik met een kleiner bakje over mezelf heen kan gieten, een hele aparte en leuke ervaring wel!

De eerste nacht had ik van de (positieve) spanning amper geslapen en de volgende dag werd ik al om 10 uur opgehaald voor een rondleiding door de stad. De rondleiding duurde ongeveer 5 uur waarin ik van alles te zien kreeg, zoals hoe ik in de stad kom, waar ik geld kan pinnen en hoe ik de dala dala (busjes als openbaar vervoer) kan gebruiken. Ook zijn we kennis gaan maken op het schooltje (bestaande uit één erg armoedig klaslokaal) waar ik de komende 6 weken van maandag t/m vrijdag, samen met een andere Nederlandse vrouw, Tineke, ga helpen.

Vrijdag was m’n eerste werkdag en zaterdag ben ik samen met vijf andere Nederlanders, waarvan er twee (Maaike en Anna) van mijn leeftijd zijn, op een trip naar Lake Duluti en de Tengeru markt geweest. ’s Avonds ben ik samen met twee andere Nederlandse meisjes, Anna en Lilly, uit geweest en ben ik bij ze blijven slapen. Waar ik van tevoren de hele tijd heb gezegd dat als ik in Tanzania was geen zin had in andere Nederlanders, ben ik daar nu toch op terug gekomen. Bij mama ben ik de enige vrijwilliger en ondanks dat iedereen heel lief voor me is en het heel leuk is om echt mee te draaien in het gezin, is het soms ook wel lastig om niet echt m’n verhaal te kunnen delen. Het is fijn om nu de andere Nederlanders te kennen en m’n verhalen te kunnen delen en samen dingen te kunnen ondernemen.

Volgende week wordt m’n eerste volle werkweek en in het weekend ben ik van plan om samen met Maaike wat te gaan ondernemen. Ik hou jullie op de hoogte!

Liefs, Olivia

Welkom op mijn Reislog!

Hallo en welkom op mijn reislog!

Dé plaats om op de hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens deze reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar ik me bevind en waar ik ben geweest! Meer informatie over mijzelf en de reis die ik ga maken vind je in het profiel.

Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.

Ik zie je graag terug op mijn reislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!

Leuk dat je met me meereist!

Groetjes,

Olivia Marie

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Travel Active