Olivia in Tanzania

Onmenselijk: leven met Albinisme in Tanzania

Hallo allemaal,


Zaterdag 12 maart zijn Janina en Jackie, twee Duitse vrijwilligsters, ook van mijn leeftijd, weer teruggekomen bij Living Water (LW).Ik had ze al eerder ontmoet maar ze waren de eerste weken dat ik bij LW was op safari en naar Zanzibar. Maar nu ze weer terug zijn, ben ik dus niet meerde enige vrijwilliger hier.

In Tanzania zijn er erg veel mensen met Albinisme, ongeveer 1 op de 1400 mensen hier. Hoewel Albinisme wordt veroorzaakt door een genetische afwijking, zien veel Tanzanianen het als een vloek en geloven ze dat ze rijk worden als ze een deel van het lichaam van iemand met Albinisme in een ketting om hun nek hangen en/of naar een zogenaamde witch-dokter brengen. Er staan hoge prijzen op (een deel van) het lichaam van iemand met Albinisme. Zo krijg je hier voor een heel lichaam zo’n 60.000 euro. En vooral kinderen lopen veel gevaar. Door de regering is dit allemaal wel bij wet verboden maar dit wordt amper nagekomen. Het leven van iemand met Albinisme is hier dus alles behalve zeker en veel van hen worden verstoten door hun familie. Als ze niet worden verstoten worden kinderen bijna altijd weggegeven door hun ouders omdat ze de veiligheid van hun kind niet kunnen garanderen.

Bij LW zaten al 6 kinderen met Albinisme, 3 in het centrum waar ik ook verblijf en 3 op de bij LW behorende Yakini primary School, die in een ander deel van de stad is gevestigd. Om het centrum staat al een muur om de kindjes te beschermen tegen de mensen die ze iets aan willen doen en de maandag nadat Jackie en Janina waren teruggekomen, vertelden ze, dat ze via Mercedes Benz 44.000 euro (!!!!!) hebben geregeld voor het afbouwen van de muur om de Yakini Primary School en voor het begin van het bouwen van een muur om de Yakini Secondary School. Het was een erg mooi en emotioneel moment toen ze het aan de familie die LW runt vertelden; iedereen reageerde heel ontroerd en blij verrast.

De volgende dag gingen we met de drie kindjes met Albinisme van het centrum naar de Yakini Primary School om het goede nieuws te delen en foto’s te maken voor Mercedes Benz. We waren met de auto en toen we terugreden moest de bestuurder van de auto halverwege eigenlijk weer terug naar de Yakini school, dus toen we in de stad de schoolbus van de Yakini school tegenkwamen, vroeg hij of we het goed vonden om verder met de schoolbus naar huis (het centrum) te gaan. Wij vonden dit natuurlijk goed. Maar het wisselen van de kindjes met Albinisme van de auto naar de bus was te gevaarlijk om gewoon maar ergens in de stad te doen en dus moesten we naar een afgelegen plek rijden om de kindjes van de auto in de schoolbus over te laten stappen. Toen we daar waren, stond de auto op nog geen 10 meter van de bus, de kindjes pakten alledrie de hand van een van ons en renden zo snel als ze konden naar de bus en probeerden daar zo snel mogelijk in te komen. Dit was het moment waarop ik voor het eerst echt besefte hoe heftig het leven voor kinderen met Albinisme hier is. Dat ook de kindjes zelf door hadden hoe gevaarlijk het voor hen is, was hartverscheurend.

Als bedankje voor het geld besloot de familie van LW om ons, Janina, Jackie en mij, mee te nemen op een tripje, van zaterdag 19-03 t/m dinsdag 22-03. We hadden begrepen dat we naar de stad Mwanza en Lake Victoria zouden gaan en dat we tussendoor ook op bezoek zouden gaan bij een centrum voor kinderen met Albinisme om daar zes kindjes op te halen om mee te nemen naar LW. Dat het zo’n heftige trip zou worden hadden we alle drie nooit gedacht....

Zaterdag vertrokken we om 5 uur ’s nachts met twee auto’s. We gingen met David, zijn ouders en een vriend van de familie die meeging als chauffeur. Na zo’n tien uur rijden kwamen we aan in Shinyanga, een rustig en mooi plaatsje in het noord-westen van Tanzania. David en de chauffeur waren gesloopt en we besloten om hier te overnachten, in deze plaats was namelijk ook het centrum voor kinderen met Albinisme dat we de volgende dag zouden bezoeken.
Die volgende ochtend vertrokken we rond 9 uur naar dat centrum, Buhangija Centre. De familie had ons al wel gewaarschuwd dat het heftig zou worden maar dit was veel erger dan dat. We parkeerden onze auto’s binnen de poort en zodra we de auto uitstapten werden we overvallen door een onbeschrijfelijke stank, nog nooit heb ik zo’n erge stank geroken. Er kwamen allemaal kindjes op ons afgerend en naiedereen te hebben begroet gingen we op de eetplaats in het midden van het centrum zitten samen met de familie en de baas van het centrum. In het centrum verblijven 400 kindjes, van 2 tot ongeveer 20 jaar. De meeste kindjes hebben Albinisme maar er zijn ook donkere kindjes die doof zijn of een andere handicap hebben. Vandaag zouden we kiezen welke zes kindjes we mee zouden nemen naar LW. Terwijl wij op een rijtje zaten kwamen een voor een kindjes naar voren. Op basis waarvan de kindjes werden uitgekozen werd niet duidelijk, het leek mij gewoon lukraak kiezen, want hoe kies je uit 400 kindjes er 6?? Ondertussen moesten Janina, Jackie en ik heel erg ons best doen om niet in huilen uit te barsten. Ik heb zoiets ergs nog nooit meegemaakt, niets wat ook maar in de buurt hiervan komt. Als je mij zou vragen wat de hel is, dan is dit het wel..... De stank was niet om uit te houden, alle kindjes waren vies en veel zagen er ziek uit. De helft van de kindjes met Albinisme hadden geen hoedjes op hun hoofd, laat staan dat een van hen maar zonnebrand op had en veel van hen hadden dan ook de zwarte vlekken op hun huid, die duiden op huidkanker. Het opvangcentrum is van de overheid en er “werkten” zo’n 10 mensen: ze zaten binnen of buiten de poort en ze deden allemaal letterlijk niets. Ze keken niet op of om naar de kindjes. De kinderen moeten alles maar zelf uitzoeken, het is een grote chaos en er is niemand daar die om de kinderen geeft. Er was een kindje dat heel hard moest huilen en schreeuwde om z’n mama, niemand die ook maar omkeek of het kindje ging troosten. Het kippenvel stond op onze armen en we wisten niet meer waar we het moesten zoeken. Ondertussen stonden er allemaal kindjes om ons heen, die ons allemaal wanhopig aankeken of we ze alsjeblieft wilden redden en konden meenemen vanuit hier. Na zo’n 1,5 uur wist de familie genoeg en hadden ze 8 meisjes, tussen de 5 en 14 jaar, uitgekozen die we mee zouden nemen, het was nu alleen nog een kwestie van papierwerk en dat zouden we de volgende dag doen.
We vertrokken in de auto richting Mwanza en Lake Victoria. In de auto hielden Janina, Jackie en ik het niet meer en barstten we in tranen uit. We hebben 3 uur stil en huilend in de auto gezeten. Toen we in Mwanza waren gingen we ergens lunchen en daarna hebben we door Mwanza gereden en vanaf twee uitzichtpunten Lake Victoria gezien. Het was prachtig om te zien maar we zaten er allemaal helemaal doorheen, echt genieten zat er dus niet in. ’s Avonds reden we weer terug naar Shinyanga om daar te overnachten.

Maandag vertrokken we om 10 uur weer richting het Buhangija opvangcentrum. David en
zijn ouders moesten het papierwerk voor de 8 kinderen regelen en wij bleven met de chauffeur achter in het centrum. We zijn hier zo’n 4 uur geweest, waarvan we in totaal denk ik 1 uur daadwerkelijk in hetopvangcentrum zijn geweest, langer in het centrum blijven lukte ons niet. Het was te heftig en we besloten buiten het centrum onze tijd door te brengen. Hoe we ons voelden valt niet te beschrijven, we hebben samengepraat en vooral gehuild. We hadden nergens zin in en wisten niet wat we met onszelf aanmoesten. We hadden nog niet alles gezien en we besloten toch maar terug te gaan om een rondje te lopen over het hele terrein van het centrum. Het was onmenselijk. Letterlijk alles was vies en stonk, in het gangetje naar de wc’s toe lagen drollen op de grond. Ze kookten op vuurtjes buiten waar een enorme rook vanaf kwam en er waren een aantal kindjes die huilden en schreeuwden om hun mama’s, wederom niemand die naar ze omkeek. Er liep een klein meisje, ik denk dat ze 2 was, helemaal alleen over het terrein met een grote, uitpuilende navel, nog nooit zoiets gezien. Er was wel een dokter maar die zagen we alleen maar de nagels van een meisje knippen en er was nog een ander dokterpraktijkje/ziekenzaaltje maar daar zaten twee vrouwen gezellig samen te kletsen en niets te doen. Er waren slaapruimtes waar stapelbedden, met 3 bedden boven elkaar, stonden, waar op ieder matras 3 of 4 kindjes sliepen. De ellende leek maar niet op te houden, overal waar we kwamen was het even shockerend. We liepen snel de poort uit om buiten op adem te komen. De tijd leek maar niet voorbij te gaan en toen het twee uur was belden we David, die ondertussen in de stad was om het papierwerk verder te regelen, en vertelden we hem dat we het niet meer trokken en weg wilden. Hij kwam ons halen en bracht ons naar het hotel, waar we met z’n drieen hebben gewacht op de rest. In het hotel konden we onze gedachtes een klein beetje verzetten en kwamen we een beetje tot rust. Rond half 7 kwamen de anderen, ze hadden al het papierwerk geregeld en de volgende ochtend om 6 uur zouden we de kindjes ophalen en samen naar Arusha vertrekken. We hebben met z’n allen een heel goed gesprek gehad over de gebeurtenissen en het was fijn om van de familie wat advies tekrijgen.

De volgende ochtend gingen we zoals gezegd om 6 uur de kindjes ophalen. Toen we aankwamen met de auto stonden alle kindjes al klaar, ze hadden in totaal 1 vuilniszak met kleding voor iedereen mee. Dat ze zomaar met vreemden in de auto meegaan naar een voor hen onbekende plek, en daar blij om zijn, geeft wel aan hoe groot de wanhoop is om uit Buhangija te vertrekken. Het oudste meisje kwam bij ons in de auto, ze zat de hele rit tussen Jackie en mij in op de achterbank, en de andere 7 gingen in de Safarijeep. De rit duurde meer dan 12 uur. De meisjes kunnen alleen maar Swahili en dus was het voor ons erg moeilijk om met ze te communiceren maar je kon zien dat ze alleen al van de trip erg genoten. Dat ze niets gewend zijn kon je merken, zo kregen ze op een gegeven moment een pakje drinken en wisten ze niet hoe ze dat open moesten maken en dat ze uit het rietje moesten drinken. Rond 7 uur waren we thuis in Arusha en kregen de kindjes allemaal een groot bord met eten, ze wisten niet wat ze meemaakten en aten allemaal razendsnel hun hele bord leeg. Hierna vertrokken ze met de moeder van David in de auto naar het centrum van LW en bleven wij thuis achter.

Het is nu ongeveer een week geleden en de meiden doen het hartstikke goed hier. De kindjes van het centrum hebben ze helemaal opgenomen in de groep en het is geweldig om te zien hoe gelukkig ze hier nu al zijn. De eerste dagen hadden Jackie, Janina en ik het heel erg lastig. Ik heb me nog nooit zo naar gevoeld en het is nog steeds erg moeilijk om een positieve draai te geven aan wat we hebben meegemaakt. Ik weet wel dat ik nooit iedereen kan helpen en dat iedere persoon die geholpen wordt al een geschenk is maar dat echt zo voelen is erg lastig. We moeten ons focussen op de 8 meiden die we hebben gered en daar blij mee zijn maar dat heeft tijd nodig, we denken vooral steeds aan alle andere kindjes, die we in die verschrikkelijke plaats hebben achtergelaten...
Maar ook al was de trip zo verschrikkelijk heftig, ik heb zeker geen spijt van dat ik mee ben gegaan. Het was een ervaring om nooit te vergeten, het heeft me zeker op een positieve manier veranderd en ik wil er nu alles aan doen om het het voor de kindjes die zijn achtergebleven beter te maken.

Reacties

Reacties

Bart

Heftig Olivia!!! Hoe mooi zou het zijn als je iets zou kunnen doen in de toekomst. Ik ben trots op je dat je deze vreselijke situaties zo kan beleven en beschrijven. X

Maaike Jacobi

Zoveel respect voor jou Olivia, echt heel mooi heb je dit omschreven.

Anna

We hadden natuurlijk wel door dat het heftig was, maar zoals je dit beschrijft... Zo trots hoe je hiermee om bent gegaan.

Bert en Corry Emmen

Habari Olivia
Wij zijn Trots op jou dat jij dit kunt doen met zoveel liefde Van Marloe kregen wij donderdag een Tip dat er op TV een uitzending was over deze kinderen het is vreselijk wat daar gebeurt.Het moet echt stoppen.Veel liefs van ons en een dikke knuffel xxx

Oma en Opa

Ook wij zijn geraakt door wat jullie daar hebben meegemaakt.
Maar trots op wat je hebt gedaan.

Chris Emmen

Olivia, wat een vreselijke toestanden ivm die Albino-kindjes.
Uit jouw verhaal komt het nog erger over dan uit de TV-uitzending van vorige week.
Ik kan me voorstellen dat je je dan erg beroerd voelt.
Geweldig dat je jouw bijdrage levert.

Marlie Duizings

Hallo Olivia,
Heftig om zo mee te maken. En ja je kunt ze niet allemaal helpen, maar wel die acht die jullie hebben kunnen meenemen. Je geeft hun zoveel nu door dit te doen en daar te werken, dat is al zoveel. Petje af!

Hester

:'( :'( :'( :'( :'(

Lou

Sjee Olivia wat een gruwelijk verhaal! Mooi dat je het leven van enkele kinderen iets kunt verbeteren. Succes in je laatste tijd lieverd ??

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Travel Active